Nicolaas Maes, Jezus zegent de kinderen, 1652
Nicolaas Maes (1634-1693) kwam uit Dordrecht. Het hier afgebeelde schilderij 'Jezus zegent de kinderen' dateert uit 1652/1653. Het zal geen verwondering wekken dat Maes tot op zekere hoogte een epigoon van Rembrandt was. Hij ging destijds bij de meester in Amsterdam in de leer en kon niet vermijden dat zijn werk door Rembrandt werd beïnvloed. In dit werk valt in dat verband vooral de toepassing van clair-obscur en de warme roodbruine kleurstelling op.
Maes verbeeldt een passage uit het Nieuwe Testament. Moeders willen met hun kinderen Jezus benaderen maar zijn discipelen vinden dat hij met rust moet worden gelaten. Jezus wijst hen terecht en benadrukt dat
de hemel juist toebehoort aan ieder die is als een kind.
De locatie van dit tafereel blijft bij Maes onduidelijk. De enige aanwijzing bevindt zich rechts in de voorstelling. Daar is de stam van een boom zichtbaar. Jezus lijkt op een stronk of wortel te zitten. Maes behoedt zichzelf met deze enscenering voor discutabele interpretaties van bijbelteksten. Hoewel: de jezusfiguur vormt toch een anachronisme met de overige personen die dit tafereel bevolken. We zien een figuur die - blootsvoets - nog het meest de indruk wekt van soort kluizenaar. Kleding en haardracht proberen aansluiting te vinden bij wat het veronderstelde uiterlijk van Jezus zou zijn geweest. In tegenspraak daarmee is de totale uitstraling, meer
specifiek de gezichtsuitdrukking die niet bepaald die is van een jonge man van ongeveer dertig jaar.
Alle andere figuren zijn geschoeid en gekleed volgens de dracht die behoorde tot de sociale context van Nicolaas Maes. Het kind dat Jezus vasthoudt en zegent kijkt opvallend weg van hem. Sterker nog: met een vinger in de mond lijkt het kind zich nauwelijks bewust van de commotie om haar heen. Deze ingreep maakt het Nicolaas Maes mogelijk het gezicht van het kind effectief uit te lichten en zo tot aandachtspunt in de compositie te promoveren. Dat wordt nog versterkt door de drie handen die bij het kind samenkomen.
Een opmerkelijk andere verbeelding van hetzelfde bijbelse gegeven treffen we aan bij de Deense schilder Carl Heinrich Bloch. Bloch was een tijdgenoot van de in Engeland zo populaire Nederlandse schilder Laurens Alma Tadema. Of er sprake kan zijn geweest van enige beïnvloeding is niet duidelijk, maar beide schilders demonstreren overtuigend een hang naar een naturalistische weergave van taferelen uit een tijd die geen van beiden daadwerkelijk beleefden. Tadema specialiseerde zich in de klassiek Romeinse oudheid, Bloch richtte zijn aandacht op bijbelse taferelen.
Maes verbeeldt een passage uit het Nieuwe Testament. Moeders willen met hun kinderen Jezus benaderen maar zijn discipelen vinden dat hij met rust moet worden gelaten. Jezus wijst hen terecht en benadrukt dat
de hemel juist toebehoort aan ieder die is als een kind.
De locatie van dit tafereel blijft bij Maes onduidelijk. De enige aanwijzing bevindt zich rechts in de voorstelling. Daar is de stam van een boom zichtbaar. Jezus lijkt op een stronk of wortel te zitten. Maes behoedt zichzelf met deze enscenering voor discutabele interpretaties van bijbelteksten. Hoewel: de jezusfiguur vormt toch een anachronisme met de overige personen die dit tafereel bevolken. We zien een figuur die - blootsvoets - nog het meest de indruk wekt van soort kluizenaar. Kleding en haardracht proberen aansluiting te vinden bij wat het veronderstelde uiterlijk van Jezus zou zijn geweest. In tegenspraak daarmee is de totale uitstraling, meer
specifiek de gezichtsuitdrukking die niet bepaald die is van een jonge man van ongeveer dertig jaar.
Alle andere figuren zijn geschoeid en gekleed volgens de dracht die behoorde tot de sociale context van Nicolaas Maes. Het kind dat Jezus vasthoudt en zegent kijkt opvallend weg van hem. Sterker nog: met een vinger in de mond lijkt het kind zich nauwelijks bewust van de commotie om haar heen. Deze ingreep maakt het Nicolaas Maes mogelijk het gezicht van het kind effectief uit te lichten en zo tot aandachtspunt in de compositie te promoveren. Dat wordt nog versterkt door de drie handen die bij het kind samenkomen.
Een opmerkelijk andere verbeelding van hetzelfde bijbelse gegeven treffen we aan bij de Deense schilder Carl Heinrich Bloch. Bloch was een tijdgenoot van de in Engeland zo populaire Nederlandse schilder Laurens Alma Tadema. Of er sprake kan zijn geweest van enige beïnvloeding is niet duidelijk, maar beide schilders demonstreren overtuigend een hang naar een naturalistische weergave van taferelen uit een tijd die geen van beiden daadwerkelijk beleefden. Tadema specialiseerde zich in de klassiek Romeinse oudheid, Bloch richtte zijn aandacht op bijbelse taferelen.
Carl Heinrich Bloch (1834-1890), Laat de kinderen tot mij komen
Blochs voorstelling verschilt significant van die van Nicolaas Maes. Bloch situeert het tafereel in een setting die een relatie legt met architectuur zoals die in het midden-oosten kon worden aangetroffen. De draperie
boven het hoofd van Jezus completeert deze enscenering. Ook in de keuze van kledingstijl sluit Bloch hierbij aan.
De voorstelling laat zich in drieën verdelen. Centraal de Jezusfiguur één kind omarmend en een ander bij de hand nemend. Links twee vrouwfiguren die door de wijze waarop hun gewaden hen bedekken anoniem blijven en daardoor een ondergeschikte rol in de voorstelling vervullen. Rechts valt vooral de figuur van één van de discipelen op die door gebaar en blikrichting blijk geeft instructies van Jezus te ontvangen. Dit is het moment waarop Jezus zijn discipelen het verwijt maakt de kinderen tegen te houden. Achter de apostel verdringen zich mensen om dichterbij te kunnen komen.
Bloch visualiseert het bijbelse gegeven min of meer trouw aan de tekst maar vergaloppeert zich op meerdere fronten. De totale voorstelling ademt een theatrale sfeer uit. Hoewel het grote gebaar ontbreekt is een zeker schmieren onmiskenbaar aanwezig. Bloch bespeelt bepaalde sentimenten op een bedenkelijke wijze. Alleen al de manier waarop hij de beide kinderen afbeeldt zou in het huidig tijdsgewricht menig wenkbrauw doen fronsen. Daarnaast trekt hij alle kleurregisters open. Rood. blauw en oker beheersen de compositie en zijn verbindende elementen. Maar tegelijkertijd levert dit een kakelbont geheel op.
Concluderend kun je stellen dat Bloch alle romantisch sentimentele registers opentrekt om zijn publiek te manipuleren.
En dat brengt ons bij de meest recente en zeer onthutsende messiaservaring. 'Thank you lord Jezus for president Trump'. Demagogie heeft een podium gevonden in het grootste volume gebakken lucht dat de publiciteit zocht en vond: Donald Trump for president. De aan idioterie grenzende taferelen die deze man genereert hoef ik hier niet de revue te laten passeren. Maar het kan altijd nog erger.
boven het hoofd van Jezus completeert deze enscenering. Ook in de keuze van kledingstijl sluit Bloch hierbij aan.
De voorstelling laat zich in drieën verdelen. Centraal de Jezusfiguur één kind omarmend en een ander bij de hand nemend. Links twee vrouwfiguren die door de wijze waarop hun gewaden hen bedekken anoniem blijven en daardoor een ondergeschikte rol in de voorstelling vervullen. Rechts valt vooral de figuur van één van de discipelen op die door gebaar en blikrichting blijk geeft instructies van Jezus te ontvangen. Dit is het moment waarop Jezus zijn discipelen het verwijt maakt de kinderen tegen te houden. Achter de apostel verdringen zich mensen om dichterbij te kunnen komen.
Bloch visualiseert het bijbelse gegeven min of meer trouw aan de tekst maar vergaloppeert zich op meerdere fronten. De totale voorstelling ademt een theatrale sfeer uit. Hoewel het grote gebaar ontbreekt is een zeker schmieren onmiskenbaar aanwezig. Bloch bespeelt bepaalde sentimenten op een bedenkelijke wijze. Alleen al de manier waarop hij de beide kinderen afbeeldt zou in het huidig tijdsgewricht menig wenkbrauw doen fronsen. Daarnaast trekt hij alle kleurregisters open. Rood. blauw en oker beheersen de compositie en zijn verbindende elementen. Maar tegelijkertijd levert dit een kakelbont geheel op.
Concluderend kun je stellen dat Bloch alle romantisch sentimentele registers opentrekt om zijn publiek te manipuleren.
En dat brengt ons bij de meest recente en zeer onthutsende messiaservaring. 'Thank you lord Jezus for president Trump'. Demagogie heeft een podium gevonden in het grootste volume gebakken lucht dat de publiciteit zocht en vond: Donald Trump for president. De aan idioterie grenzende taferelen die deze man genereert hoef ik hier niet de revue te laten passeren. Maar het kan altijd nog erger.
© MarcWallheiser 2015
Op een van Trumps verkiezingsbijeenkomsten verdringt de samengestroomde menigte zich rond zijn persoon. Enthousiasme ja, maar ook latente hysterie. Hoe ver moet je heen zijn om in deze elkaar verdrukkende menigte een kind van pakweg één jaar oud mee te dragen en je naar voren te dringen tot de eerste rij. Eenmaal daar aangekomen bereikt het enthousiasme een orgastisch genoegen. Het kind wordt aangereikt aan de nieuw herkende Messias en - verbaas je niet - zalvend sluit hij zijn handpalmen om het kindergezichtje.
Is er iemand in deze menigte die zich bewust is van de volstrekte idioterie van dit moment? Nee, geenszins.
De man rechts in beeld controleert met een berekende beheersing of hij Trump wel lekker in beeld heeft voor hij afdrukt. Verder kijken de directe omstanders goedkeurend toe.
Zo ziet dat er dus heden ten dage uit: Laat de kinderen tot mij komen.
Ik zou me wel twee keer bedenken.
© Vincent van Woerkom
Is er iemand in deze menigte die zich bewust is van de volstrekte idioterie van dit moment? Nee, geenszins.
De man rechts in beeld controleert met een berekende beheersing of hij Trump wel lekker in beeld heeft voor hij afdrukt. Verder kijken de directe omstanders goedkeurend toe.
Zo ziet dat er dus heden ten dage uit: Laat de kinderen tot mij komen.
Ik zou me wel twee keer bedenken.
© Vincent van Woerkom